Eerste landelijke onderzoek tijdens Nationale KinderTheaterWeek
84% van de jeugd gaat graag naar het theater
Wanneer het aan de jeugd ligt, heeft theater in Nederland volop de toekomst. Dat is de uitkomst van een groot onderzoek dat werd gehouden vanwege de eerste Nationale KinderTheaterWeek. Deze week organiseren veel theaters voor de jeugd extra activiteiten. ‘De KinderTheaterWeek liet al zien dat veel jeugd met plezier naar het theater gaat en deze resultaten zijn zeer hoopvol voor de toekomst.’
Uit het onderzoek van Hendrik Beerda Brand Consultancy blijkt dat driekwart van de ouders en kinderen in de leeftijdscategorie 4 tot en met 12 jaar het belangrijk vindt dat er mogelijkheden zijn om kinderen naar het theater te laten gaan. Een kwart van deze groep volwassenen vindt een theaterbezoek leerzaam en geven dat als belangrijkste reden aan om met hun kinderen naar het theater te gaan. Verder blijkt uit het onderzoek dat bij de groep kinderen die naar het theater willen nog hoger ligt. ‘Bij hen heeft 84 procent interesse in een theaterbezoek,’ zegt Albert Verlinde, voorzitter van het Nationaal Theater Fonds. Inkomen lijkt niet een heel grote rol te spelen. Bij 90% van de ouders die een boven modaal inkomen hebben, is de interesse groot. Van de ouders die een beneden modaal inkomen hebben, zegt 78% dat er interesse is. De kinderen die geen interesse in theater hebben, geven aan liever buiten te spelen (54%) of te gamen (52%).
Hoewel er in de afgelopen week wellicht kinderen zijn die voor het eerst een theater hebben bezocht, heeft 83% van de kinderen tussen de 4 en 12 jaar wel eens een theaterbezoek meegemaakt. Dit percentage is gelijk aan de cijfers die zeggen dat kinderen interesse in het theater hebben. Kinderen die in grote steden opgroeien gaan meer naar het theater. Een van de uitkomsten is ook dat de moeders de belangrijkste initiatiefnemers zijn voor een bezoek aan het theater met haar kinderen. In het kader van het eerste bezoek ligt dit zelfs op 50%. Voor 38% van de ondervraagden zijn de kosten de belangrijkste belemmering om met kinderen vaker naar het theater te gaan. 15% noemt als belangrijkste reden dat er te weinig aantrekkelijke voorstellingen voor hun kinderen zijn.
‘We zijn heel blij met de resultaten van dit onderzoek,’ laat Verlinde, die met het Nationaal Theater Fonds het Prins Bernhard Cultuurfonds en de Vriendenloterij de Nationale KinderTheaterWeek heeft geïnitieerd, weten. ‘84% van de kinderen gaan graag naar het theater en voor ouders is het al dan niet hebben van kinderen niet van invloed om regelmatig naar het theater te gaan. Dit biedt zeker perspectief voor de toekomst. We hebben de Nationale KinderTheaterWeek georganiseerd om kinderen nog meer naar het theater te krijgen. We hebben een grote groep bereikt die al gingen, maar er is ook een groep die nog nooit naar het theater was geweest. Dit smaakt zeker naar meer. Dit onderzoek zullen we vanaf nu jaarlijks doen en delen met de sector.
Download de onderzoeksrapportage
Eerdere onderzoeken:
Onderzoek Nationaal Theaterfonds wijst uit Nederlands publiek wil theater trouw blijven
Het Nederlands publiek wil net zo graag naar het theater als voor de coronapandemie. Een meerderheid van alle leeftijdscategorieën geeft aan van plan te zijn net zo vaak of zelfs vaker te willen gaan dan voorheen. Dat is de uitkomst van het onderzoek dat Bureau Hendrik Beerda heeft gedaan in opdracht van het Nationaal Theaterfonds.
Het Nationaal Theaterfonds wilde weten hoe het publiek tegen het theaterbezoek aankijkt nu de coronamaatregelen zijn opgeheven. Een onderzoek dat het komende jaar iedere drie maanden wordt herhaald om zodoende de veranderingen goed in kaart te brengen. Uit het onderzoek blijkt dat driekwart van de theaterbezoekers nu minder een voorstelling bezoekt dan voor de crisis, 18% gaat evenveel naar het theater en 5% gaat juist meer. Voor de bezoekers die minder een voorstelling bekijken zijn er drie belangrijke redenen: de onduidelijkheid of een voorstelling doorgaat, angst voor gezondheidsrisico’s en te weinig aantrekkelijke producties. Wanneer je dit per leeftijdscategorie splitst, zijn de redenen per leeftijdsgroep verschillend:
Jongeren tussen de 18 en 34 jaar heeft moeite met het vinden van aanbod dat hen aanspreekt en vindt de prijzen te hoog. Het publiek tussen 35 en 54 jaar noemt bovengemiddeld dat het vaak onduidelijk is of voorstellingen doorgaan. Bij 55-plussers worden de gezondheidsrisico’s vaker genoemd.
Van de mensen die nu minder vaak naar het theater gaan dan voor de coronacrisis, zegt 27% dat men in de toekomst vaker een theater gaat bezoeken dan voor februari 2020. Omgerekend gaat het dan om 13% van de Nederlandse bevolking van 18 jaar en ouder.
53% van de mensen die minder vaak de theaters zijn gaan bezoeken tijdens de coronacrisis, geven aan in de toekomst weer even vaak naar een theater te gaan als vóór de coronacrisis.
21% geeft aan minder vaak een theater te gaan bezoeken. Op basis van de totale volwassen bevolking gaat het om respectievelijk 26% en 10%
Van de mensen, die op dit moment minder vaak dan vóór februari 2020 naar een theater gaan, maar aangeven dit na de coronacrisis vaker dan vóór februari 2020 te gaan doen, zegt maar liefst 62% dat een belangrijke reden is het inhalen van de gemiste gezelligheid.
‘Uit dit onderzoek komt heel duidelijk naar voren dat de mensen graag naar het theater willen, maar dat er nog wat drempels zijn,’ laat voorzitter Albert Verlinde van Het Nationaal Theaterfonds weten. ‘We hebben de uitkomsten van het onderzoek met de sector gedeeld en diverse aanbevelingen gedaan voor alle leeftijdscategorieën. Bij de jongeren moet er onder andere naar de prijs en het sociale aspect worden gekeken. Voor de groep 30-55 moet duidelijk zijn dat de voorstellingen te allen tijde doorgaat, behalve bij overmacht. Dus er wordt ook gespeeld bij een lage zaalbezetting. Maar ook dat er geen sprake meer is van beperkte openingstijden. Een avondje theater is een totale avond uit. En voor de 55-plussers willen we extra duidelijk maken dat in alle theaters de hygiëne maatregelen mogelijk blijven en dat men ook met een mondkapje op welkom zijn. En voor iedereen geldt: Mensen hebben de gezelligheid gemist. Theaters brengen die gezelligheid weer terug.’